Afbeelding
WIE WAT BEWAART...DIE WEET WAT!

Dure konijnebout

Actueel 215 keer gelezen

Konijnen zijn, ondanks de hoge aaibaarheidsfactor, schadelijke dieren. In de 17e eeuw waren zij voor de duinen van Voorne en het land daar direct achter, ronduit een gevaar. Door hun geknaag verdween de vegetatie en veranderden de duinen in stuifzand; de duinen breidden zich uit en vruchtbare grond ging verloren.

Konijnen vormden echter ook een extraatje op tafel: met een goed geplaatste strik kon daarvoor gezorgd worden. Daarmee werd het land dan misschien een dienst bewezen; de eigenaar van de duinen hield het vangen van de konijnen liever in eigen hand en verhuurde de jacht op konijnen aan de hoogst biedende. Een aangestelde duinmeier of boswachter moest erop toezien dat er geen stropers actief waren. Dat zal geen eenvoudige opgave geweest zijn, maar in april 1624 had duinmeier Cornelis Langeveld geluk: hij betrapte Lenaert Arensz Leuy (of Looij?) uit Oostvoorne. Lenaert was regelmatig 's nachts de duinen ingetrokken en had daar de door de pachter geplaatste strikken leeggehaald en zelfs meegenomen. Thuis werden in totaal veertien koperen strikken aangetroffen. De duinmeier herkende deze al snel als die van hemzelf. Dit kwam Lenaert te staan op arrestatie en een aanklacht. Die aanklacht loog er niet om. Het stelen van de strikken was immers "tot seer groote schade van de duynmeyer" en zou hebben geleid "tot groot verderff ende ruïne van de duinen". Die duinen waren bovendien eigendom van de grafelijkheid, het hoogste gezag in het land en de baljuw nam het dan ook hoog op. Hij eiste een boete van tien pond per strik en een lijfstraf. Lenaert, 19 jaar oud, kwam er goed vanaf, althans hij hoefde 'slechts' 30 pond te betalen, voor hem waarschijnlijk gelijk aan enkele maanden werk.

Aart van der Houwen (aa.vanderhouwen@streekarchiefvp.nl)

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant