De knelpunten volgens het Masterplan Rotterdam Vooruit.
De knelpunten volgens het Masterplan Rotterdam Vooruit. Afb. Masterplan Rotterdam Vooruit

Bereikbaar Voorne-Putten: vroeger, tegenwoordig en toekomst

Algemeen 1.772 keer gelezen

De bereikbaarheid van Voorne-Putten en met name Nissewaard staat onder druk. De aanleg van de Blankenburgverbinding moet de druk op de A15 rond de Botlekbrug verminderen. Gaat die verbinding daadwerkelijk zorgen voor een afname van de verkeersdruk of is daar meer voor nodig, zoals een extra oeververbinding waarvoor vooral in Nissewaard sterk gelobbyd wordt? En wat zijn de effecten van de Blankenburg-verbinding op de andere gemeenten op Voorne-Putten, op de economie, de woningbouw, de recreatie en het milieu?

In de serie Bereikbaar Voorne-Putten, die tot stand komt met behulp van een subsidie van de Provincie Zuid-Holland, proberen we een antwoord te geven op bovenstaande vragen. Wilt u meepraten over dit onderwerp, neem dan contact op met de redactie via redactie@grootnissewaard.nl

Rotterdam Vooruit
Uit verkeersprognoses werd duidelijk dat ondanks alle maatregelen die er genomen werden, de doorstroming en bereikbaarheid in de periode 2020-2040 nog altijd niet op het gewenste peil zouden zijn. Eind 2008 werd daarom gestart met de MIRT verkenning Ruit Rotterdam om een visie op te stellen op de bereikbaarheid van de regio Rotterdam en de haven. Niet alleen op de korte, maar ook op de lange termijn. De verkenning naar de tweede ontsluiting van de haven maakte onderdeel uit van het onderzoek. Ook werden in de verkenning de resultaten meegenomen van het al besproken Project Mainport Corridor Zuid (PMZ).

Een van de projecten waarvan in de BO-MIRT in 2009 de noodzaak werd vastgesteld, was de realisatie van de Tweede Westelijke Oeververbinding om de problematiek op de Beneluxcorridor met voorrang op te lossen, het Haven Industrieel Complex en Greenport beter te ontsluiten en de A4 corridor als bereikbaarheidsas van de Zuidvleugel en de Randstad verder te ontwikkelen.

Westflank
In het Masterplan Rotterdam Vooruit was er ook aandacht voor nieuwe verbindingen in de Westflank; het westelijk deel van de regio. Het havengebied beschikte daar maar over één achterlandsverbinding over de weg, de A15, hetgeen als kwetsbaar en risicovol bestempeld wordt. Na realisatie van de verbreding van de A15, waarover verderop in deze serie meer, verwachtten verkeersdeskundigen tot 2040 geen ernstige verstoringen westelijk van de Botlektunnel. Zij zagen alleen wel knelpunten bij de aansluitingen op de A15. In het onderzoek naar het verbeteren van de bereikbaarheid in de Westflank is gekeken naar de Nieuwe Westelijke Oeververbinding, zowel in de vorm van Blankenburgtunnel als van Oranjetunnel en een derde Beneluxtunnel. In de Zuidwesthoek is gekeken naar de A4 Zuid, de Welplaatverbinding (Botlek-Klaaswaal) en de Randweg Spijkenisse. De derde Beneluxtunnel bracht te hoge kosten met zich mee door een complexe aansluiting op het Kethelplein en de Beneluxster en werd daarom als niet kansrijk bestempeld. Datzelfde gold voor de Blankenburgvariant met aansluiting op de A4. De Welplaatverbinding viel eveneens af. De verbinding zou wel de bereikbaarheid van Spijkenisse, de A29 en de Hartelbrug verbeteren, maar zou waardevolle landschappen en de Ecologische Hoofstructuur op Voorne-Putten en in de Hoeksche Waard doorsnijden.

Blankenburgtunnel
Verkeerskundig gezien is de Blankenburgtunnel de meest effectieve oplossing voor problemen op de Beneluxcorridor èn ontsluiting van het HIC en Westland (Greenport). Voor de Beneluxtunnel gaat het om 39.000 motorvoertuigen minder per etmaal, voor de Botlektunnel om 45.000 uur. Voor 2040 wordt zelfs verwacht dat de effecten 15% groter zijn. Wel wordt een toename van het verkeer op de A20 verwacht, op de Veilingroute en de N57. Op de eerste twee wegen zou een verbreding voldoende kunnen zijn om de verkeersdruk op te vangen. De Oranjetunnel zou slechts 21.000 resp. 26.000 minder voertuigen door de Benelux- en Botlektunnel laten rijden. Niet alleen het aantal voertuigen dat van de nieuwe verbinding gebruik gaat maken speelt een rol. Er wordt ook gekeken naar de landschappelijke effecten, zo valt in het Masterplan te lezen: ‘Een Blankenburgtunnel van oever tot oever zal aan de noordzijde het zuidelijke deel van Midden Delfland (Lickebaertpolder) doorsnijden. De aantasting van de landschappelijke waarden en ecologische effecten stuit op veel weerstand. Voor het verkrijgen van een breed maatschappelijk draagvlak is het ontwikkelen van een goed ingepaste variant en het zoveel mogelijk vermijden van ongewenste effecten nog een opgave. Een Nieuwe Westelijke Oeververbinding voorziet in versterking van de logistieke relatie Greenport - Mainport en met name een versterking voor ambities van modal-split (verschuiving van koel-vriestransporten naar spoor/binnenvaart).De Blankenburgtunnel faciliteert de relatie Greenports - HIC beter (versterking relatie Westland - Waalhaven/Barendrecht) dan de Oranjetunnel die vooral de relatie Westland-Maasvlakte versterkt. Ten opzichte van het totale havengebied ligt de Blankenburgtunnel centraler dan de Oranjetunnel. De Oranjetunnel kan wel een groter ruimtelijk structuureffect hebben: Den Haag komt dichter bij de Maasvlakte dan Rotterdam en ook dichter bij het oostelijk deel van Voorne-Putten. Dat geeft druk op de ruimtelijke structuur en het wegennet. ... De Oranjetunnel zal de noordoever van de Nieuwe Waterweg doorsnijden. Hoewel dit gebied geen onderdeel uitmaakt van beschermd landschap zal ook de Oranjetunnel een negatief effect hebbenop het landschap. Door de combinatie met de A54 zal deze oplossing tot een barrière in het Westland leiden. De aanlanding van de Oranjetunnel met bijbehorende aansluitingen en capaciteitsvergroting op de toeleidende wegen zal een aanzienlijk ruimtebeslag vergen en daarmee een verlies van glasareaal veroorzaken. Verder is een mogelijke verstedelijking als gevolg van de A54 gezien de functie en structuur van het Westland minder gewenst.’

Randweg Spijkenisse en de A4-Zuid
De voorgestelde randweg Spijkenisse bestond uit een oostelijk en westelijk deel. De oostelijke randweg, met een verbinding over de Oude Maas en een aansluiting op de A4 bij het Beneluxplein zou voor een aanzienlijk betere ontsluiting van Voorne-Putten zorgen, zo stelt het Masterplan. De druk op de Hartelbrug, Spijkenisserbrug en de Botlektunnel/brug zou met deze aansluiting afnemen. Ook op de A29 werd er verbetering verwacht. De verkeersstroom in de Botlektunnel neemt weliswaar met 14.000 voertuigen af, maar veroorzaakt wel een extra verkeersdruk op de Beneluxcorridor. Die zou dus eerst ontlast moeten worden. De westelijke randweg die door het open gebied tussen Bernisse en Spijkenisse ingetekend was, werd als niet zinvol bestempeld. Er zou te weinig gebruik van worden gemaakt.

De A4-Zuid ontlast het zuidelijk deel van de Ruit en de A29 aanzienlijk (40.000 motorvoertuigen in 2020). Door de extra ontsluiting op Voorne-Putten zou dat ook 38.000 motorvoertuigen per dag in de Botlektunnel schelen. ‘De A4-Zuid en in mindere mate de oostelijke rondweg Spijkenisse met brug over het Spui zijn op zich goede maatregelen voor ontsluiting richting het zuiden (ook havengebondenvervoer), maar de A4-Zuid levert een dermate grote verkeersdruk op de Beneluxcorridor dat qua prioritering eerst de Beneluxcorridor ontlast zal moeten worden. Realisatie van de oostelijke randweg Spijkenisse als opmaat naar de A4-Zuid op termijn is verkeerskundig wel een optie. De A4-zuid heeft als ruimtelijk structurerend element (backbone van de Randstad, achterlandverbinding naar België) grote betekenis, maar kan alleen gerealiseerd worden als er capaciteit in de Beneluxtunnel vrijkomt voor extra verkeer’, aldus de onderzoekers.

De A4/oostelijke randweg Spijkenisse zal het Natura-2000 gebied ‘Oude Maas’ kruisen. Om de effecten op het natuurgebied te voorkomen of te minimaliseren zal waarschijnlijk een lange (kostbare) tunnel nodig zijn als inpassingsmaatregel. Ook de doorsnijding van de Hoeksche Waard door de A4 is ongunstig voor de kwaliteit van het Nationaal Landschap. Bij de inpassing van de oostelijke randweg Spijkenisse is vooral de geluid- en luchtproblematiek in Hoogvliet en de doorsnijding van recreatie- en natuurgebied op Voorne-Putten aan de orde. Gezien de aard en omvang van de bereikbaarheidsproblematiek werd in het onderzoek een hoge prioriteit toegekend aan de oplossing van de problemen rondom de Beneluxcorridor en het Haven Industrieel Complex. ‘De oostelijke randweg Spijkenisse is een oplossing voor met name lokale ontsluiting en aansluitingsvraagstuk. De A4-Zuid kan alleen worden gerealiseerd nadat de problematiek op de Beneluxcorridor is opgelost.’

De A4-Zuid bestaat nog steeds enkel op papier.
Het tracé van de Blankenburgtunnel.
Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant